Column: Los 33 en de spanningsboog van interesse

Een jaar geleden waren we met z’n allen aan de buis gekluisterd om de bevrijding van de 33 mijnwerkers in Chili op de voet te volgen. 69 Dagen lang hadden ze zich, 680 meter onder de grond, in leven gehouden. Speciaal voor de reddingsoperatie werd er een soort raketvormige koker gemaakt die al draaiend omhoog en omlaag de mijn in ging om de kompels te redden. De mijnwerkers werden boven de grond onthaald als helden en de premier was erbij om ze te verwelkomen. Ze zouden boeken en films gaan maken, ze zouden goud geld gaan verdienen.

Nu we een jaar verder zijn is er eigenlijk bar weinig terecht gekomen van deze helden. Natuurlijk zijn er interviews geweest, en zijn er zelfs speelgoedpoppen verkocht van de kompels, maar de roem en rijkdom zijn uitgebleven. In de Volkskrant las ik dat 15 van de kompels werkloos zijn, 7 proberen wat te verdienen met lezingen, 3 verkopen groente en fruit op straat, 2 hebben een klein winkeltje geopend en de overige 6 werken weer onder de grond.

Dit soort gebeurtenissen raakt ons allemaal, en we volgen op de voet het nieuws. Al snel blijkt het echter geen hot item meer te zijn, en verdwijnt het steeds verder naar de achtergrond. Er gebeuren weer andere dingen die onze aandacht opslokken. Hoe komt het dat onze interesse, fascinatie en geboeidheid, maar zo kortstondig is? Het leven gaat door natuurlijk, en je hoort en ziet er ook minder van omdat voor de media hetzelfde geldt.

De kompels hebben hun sympathie grotendeels verloren door hun miljoenenclaims tegen de Chileense regering, die ook de 14 miljoen kostende reddingsoperatie heeft bekostigd. Hebben ze het gemis aan roem en rijkdom daarmee aan henzelf te danken? Eigen schuld dikke bult, of is de spanningsboog van interesse gewoon niet groter?

Wellicht wordt het verhaal van de kompels toch nog ooit verfilmd en worden ze dan alsnog rijk en beroemd. Tenminste, als ze dan niet zijn verhongerd door de armoede of alsnog zijn omgekomen bij een nieuwe mijnramp.

Deze column werd eerder gepubliceerd op www.Hi-Re.nl.